Lid worden

Op de koffie bij

Jan & Ton Adriaans

In 1995 startte Jan Adriaans zijn bedrijf. “Ik wilde iets voor mezelf hebben en dit werk is gewoon m’n passie”, vertelt Jan. Lange tijd runde hij het bedrijf alleen, totdat zijn zoon Ton twintig jaar geleden bij hem kwam werken. Het bedrijf ging groeien, iets wat Jan nooit had verwacht. “Ik dacht er komt misschien één iemand bij, maar meer zal het niet zijn. Ik had nooit verwacht dat het zo groot zou worden als nu.”

De groei

Het bedrijf groeide dus flink. Iets dat Ton mooi vindt, maar van Jan niet per se hoefde. “Ton wilde groter worden dan ik”, legt Jan uit. “Ik zei: ‘doe maar rustig aan’”. “Ja”, reageert Ton. “Jij zit op een leeftijd dat je af wil bouwen. Ik ben jong, ik wil door.” En daar kreeg ‘ie ook ruimte voor. “Tijden veranderen, ik wil machines aanschaffen. Ons pap zei dan: ‘is dat wel verstandig, zo’n investering?’” Maar dat bleek het wel te zijn. “De jeugd kijkt er op een andere manier naar, maar wat ze willen werkt wel”, beaamt Jan.

Op de koffie bij

Jan begon 28 jaar geleden met straatwerk. “Handel deed ik erbij.” Dat is dan handel in gebruikte stenen. Die maken ze zuiver en worden weer doorverkocht. “De handel werd groter, dus daar stak ik ook meer energie in. Daar zijn we altijd groot in gebleven. In Nederland horen we wel bij de top 3.” Hoe werk je jezelf naar die top? “Netjes en eerlijk werken is heel belangrijk”, vertelt Jan. “En je moet natuurlijk ook durven.”

Straatwerk

Ton ging zich juist meer focussen op het straatwerk. Als ze zouden willen, kan het bedrijf veel meer groeien. Maar personeel vinden is moeilijk. “Je moet altijd buiten werken, en het is zwaar werk.” Maar voor Ton blijft het een mooi vak. “Aan het einde van de dag, als je hard hebt gewerkt, heb je echt eer van je werk.” Al is het werk niet zo zwaar meer als vroeger volgens Jan. “Machines verlichten het werk. Er komt bijna geen handwerk meer aan te pas.”

Nieuwe kapitein aan het roer

Binnenkort doet Jan een stapje terug en draagt hij het stokje over aan zijn zoon. Helemaal ophouden doet ‘ie natuurlijk niet, hij blijft de handel nog doen. Ton zal dat langzaamaan overnemen. Jan heeft alle vertrouwen in z’n zoon. “Hij is sterk in z’n werk en is er helemaal klaar voor. We hebben een mooi bedrijf, en het kan nog veel mooier worden.”

Terug naar het overzicht